Informatie voor jongeren over regiobinding, woonplaatsbeginsel en landelijke toegang.
Als je 18 jaar bent en dakloos, is het soms moeilijk om hulp of een uitkering te krijgen. Het kan zijn dat de gemeente waar jij aanklopt niet meteen hulp wil bieden. Mag een gemeente weigeren om jou hulp te geven? Nee, een gemeente moet je helpen. Op deze pagina vind je informatie over regiobinding, woonplaatsbeginsel en landelijke toegang. We leggen uit waar je recht op hebt. De leeftijdsgrens van 18 jaar is belangrijk. Daarom maken we een splitsing in de informatie voor jonger/ouder dan 18 jaar.
Als je jonger bent dan 18 jaar
Woonplaatsbeginsel en jeugdhulp
Als je jonger dan 18 jaar bent en ambulante jeugdhulp krijgt of nodig hebt, dan is de gemeente waar jouw ouder met het gezag woont verantwoordelijk voor de hulp. Als jouw ouders beide het gezag hebben, maar niet in dezelfde gemeente wonen, is de gemeente waar jij feitelijk woont verantwoordelijk (* artikel1:12 lid 1 BW).
Het kan ook zo zijn dat er geen ouder met gezag is, maar dat een gecertificeerde instelling of een andere persoon de voogdij heeft. Dan moet eerst duidelijk zijn wie het gezag heeft en in welke gemeente die persoon woont of waar de instelling is. Als dit helder is, wordt ook duidelijk welke gemeente verantwoordelijk is voor de jeugdhulp.
Bij een verhuizing, een verandering in het gezag of als je 18 wordt, verandert de situatie. Voor de nieuwe situatie moet opnieuw gekeken worden welke gemeente op dat moment de verantwoordelijk is.
Als je in een instelling woont
In sommige gevallen is de werkelijke verblijfplaats van een jongere bepalend voor de verantwoordelijke gemeente. Sommige jongeren wonen in een jeugdhulpinstelling. Dan geldt niet het adres van het hoofdkantoor, maar het adres van de instelling of de groep waar de jongere woont.
Als er sprake is van voogdij
Als een instelling de voogdij heeft, is het adres van de jongere bepalend. Vaak woont deze jongere in een pleeggezin of in een jeugdhulpinstelling. Als de jongere in een instelling woont, geldt niet het adres van het hoofdkantoor, maar van de instelling of de groep waar de jongere op dat moment woont.
Wil je meer weten over het woonplaatsbeginsel?
Download dan deze PDF’s:
Infographic stappenplan woonplaatsbeginsel Jeugdwet of
Mindmap stappenplan bepaling gemeente woonplaatsbeginsel
Problemen?
Als de gemeente je niet wil helpen kun je contact opnemen met het AKJ. Daar werken vertrouwenspersonen voor de jeugdhulp. Zij kunnen je advies geven of helpen om een klacht in te dienen en wel hulp te krijgen. Voor meer informatie: www.akj.nl, bel naar 088-5551000 of mail naar info@akj.nl. Op de website kun je ook chatten met een vertrouwenspersoon.
Heb je vragen over jouw rechten?
Neem dan contact op met de Kinderrechtenhelpdesk van Defence for Children. De medewerkers van Defence for Children geven juridisch advies en begeleiding.
Je kunt ze bereiken via: info@defenceforchildren.nl of 071-5160980.
Voor meer informatie kijk op www.defenceforchildren.nl
Als je 18 jaar of ouder bent
Als je 18 jaar wordt, val je niet meer onder het gezag van je ouders of voogd. Je bent meerderjarig. Jouw adres bepaalt dan welke gemeente je hulp moet geven en moet betalen.
Als je voor je 18e verjaardag gebruik hebt gemaakt van jeugdhulp en niet thuis hebt gewoond, maar in een leefgroep of een gesloten instelling, wil je vaak terug naar de regio waar je vandaan komt. Of naar de gemeente waar je vrienden wonen of familie waar je het goed mee kunt vinden. Mag dat?
Antwoord: Ja dat mag. Alle gemeenten moeten een plan hebben voor jongeren die de jeugdhulp verlaten (*artikel 2.1.2 lid 4 sub e van de Wet Maatschappelijke ondersteuning). Als je onder voogdij staat is de (gezins)voogd verantwoordelijk voor het op tijd maken van zo’n plan. Als je vrijwillige jeugdhulp krijgt moet jouw hulpverlener dat doen. Je kunt het beste vanuit de jeugdhulpinstelling een plek regelen voor begeleid wonen of bij familie of vrienden. Zelf een kamer huren is vaak lastig. Verhuurders vragen meestal een borgsom of eisen dat iemand voor jou garant staat, zodat de huur wordt betaald.
Voordat je weggaat uit de jeugdhulp kun je een uitkering aanvragen. Aan een uitkering mag de gemeente voorwaarden stellen. Bijvoorbeeld dat je een sollicitatietraining gaat volgen, of vrijwilligerswerk gaat doen.
Heb je geen adres?
Als je weggaat uit de jeugdhulp zonder dat er een woonplek en een uitkering is geregeld, kun je dakloos worden. Als dit gebeurt ben je niet meer ingeschreven bij een gemeente. Op dat moment sta je nergens geregistreerd in Nederland en kun je geen zorgverzekering afsluiten. Let op: dat is wel verplicht!
Als je iemand kent die jou een briefadres wil geven, dan kun je een uitkering en zorgverzekering regelen. Die persoon moet dan een formulier van de gemeente ondertekenen dat jij op het adres van die persoon bent ingeschreven. Je hoeft daar niet te wonen of te logeren.
Een briefadres is een adres waarop jij je met toestemming van de gemeente tijdelijk mag inschrijven als je tijdelijk geen woonadres hebt waar je ingeschreven kunt staan. Je wordt voor een briefadres niet als bewoner gezien. Hierdoor is het mogelijk om tijdelijk bij een familielid of vriend ingeschreven te staan zonder dat die wordt gekort op een uitkering, hoger wordt aangeslagen voor bepaalde heffingen etc.
Als je zelf niemand kent, moet de gemeente je op een briefadres inschrijven. Bijvoorbeeld op het adres van een opvanginstelling (*artikel 2.23 lid 2 van de BRP).
Voor meer informatie kijk op: www.opvang.nl/site/item/nieuwe-circulaire-briefadres-voor-dakloze-mensen
Wat is regiobinding?
Sommige gemeenten willen dat je een binding hebt met de gemeente waar je hulp of een uitkering aanvraagt. Dat noemen ze regiobinding. Zij eisen bijvoorbeeld dat je in de afgelopen drie jaar minimaal twee jaar in hun gemeente stond ingeschreven en er ook hebt gewoond. Dat mag de gemeente niet vragen.
De gemeente waar je hulp vraagt moet je hulp geven of moet zorgen voor een warme overdracht naar de gemeente waar je vandaan komt. Die gemeente moet je ook opvang geven tot duidelijk is welke gemeente uiteindelijk de opvang en hulp zal verzorgen.
Tip: Ga naar de gemeente als je opvang of een uitkering nodig hebt. Vraag altijd een schriftelijk bewijs van je aanvraag. Met dat schriftelijk bewijs kun je bezwaar of beroep aantekenen als je het niet eens bent met de beslissing van de gemeente.
Tip: Officieel is er vier weken zoektijd als je een uitkering aanvraagt. Dat betekent dat je na je aanvraag eerst vier weken je best moet doen om een baan of opleiding te vinden. Daarna wordt jouw aanvraag pas in behandeling genomen. Sommige gemeenten vinden het goed dat je de uitkering al aanvraagt terwijl je nog in de jeugdhulp zit, zij tellen die weken dan mee als zoektijd. Regel dit dus op tijd. Let op: dit is helaas niet in elke gemeente hetzelfde geregeld.
Tip: Als je helemaal geen geld hebt om van te leven, kun je een voorschot vragen voor de eerste levensbehoefte. Dit heet de ‘broodnood’-regeling.
Let op: dit is niet in elke gemeente hetzelfde geregeld.
Tip: Kijk altijd eerst op de website van de gemeente hoe je een uitkering of opvang kunt aanvragen. Zoek op ‘Wmo-aanvraag’ of ‘wijkteam’.
Tip: Neem altijd iemand mee als je naar de gemeente gaat. Dat kan iemand zijn die je kent en vertrouwt, maar het kan ook een ‘cliëntondersteuner’ zijn. Dat is een onafhankelijk persoon die je helpt bij de gesprekken met de gemeente. Via het Wmo-loket of het sociale wijkteam kun je deze ondersteuners vinden.
Tip: Als de gemeente weigert om je te helpen kun je contact opnemen met de gemeentelijke of de Nationale Ombudsman, de Kinderombudsman of de gemeentelijke jeugdombudsman. Als je een weigering op papier hebt, kun je ook naar de rechter stappen. Ga dan naar Het Juridisch Loket. In sommige gemeenten heb je straatadvocaten die je kunnen helpen. Soms zijn het ook organisaties als Zorgbelang of MEE.
Deze folder is gemaakt door het Rotterdamse Jongerenteam 18- 18+ van Van de Straat.
Met dank aan:
Duncan en Hannah
Fietje Schelling
Rina Beers, Federatie Opvang
Joy Falkena, Straatconsulaat Den Haag
Saskia Stern en Joliska Hellinga, AKJ vertrouwenspersonen in de jeugdhulp
Maartje Schutte, Defence for Children
Rotterdam, december 2016